Werk aan de winkel voor CAO-partijen: vanaf 2026 RVU-drempelvrijstelling gekoppeld aan zwaar beroep

Publicatiedatum: 3 juni 2025

Op 28 mei 2025 heeft de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid een brief aan de Tweede Kamer gestuurd met een nadere uitwerking van het akkoord ‘Gezond naar het pensioen’ van 18 oktober 2024. Een belangrijk onderdeel van dit akkoord betreft de voortzetting van de RVU-drempelvrijstelling na 2025. Deze vrijstelling, die werkgevers de mogelijkheid biedt om werknemers eerder met pensioen te laten gaan zonder een pseudo-eindheffing van 52%, wordt structureel gemaakt via een wetswijziging in het Belastingplan 2026.

Objectieve criteria zware beroepen

De brief benadrukt dat er een verplichting komt om de doelgroep op basis van objectieve criteria te specificeren. Voor cao-partijen betekent dit dat niet langer een generieke toepassing van de RVU-drempelvrijstelling mogelijk is voor alle beroepen. Indien afspraken niet worden nageleefd of het gebruik van de regeling boven de 15.000 deelnemers per jaar uitkomt, kunnen maatregelen worden aangepast of beëindigd. Voor werkgevers buiten een cao lijkt de generieke toepasbaarheid van de RVU overigens nog wel mogelijk.

TNO support en controleert

Ter ondersteuning van de regeling wordt TNO aangewezen als onafhankelijke partij om toezicht te houden en een Expertisecentrum zwaar werk op te richten. Dit centrum heeft twee hoofdtaken: het ontwikkelen en verspreiden van kennis over zwaar werk, duurzame inzetbaarheid en de RVU-regeling en het toetsen van cao-afspraken op hun afbakening van de doelgroepen. Hiervoor is een beoordelingskader opgesteld door TNO dat fysieke belasting, werktijden en werkdruk in ogenschouw neemt. Cao-partijen moeten hun RVU-drempelvrijstellingsregelingen baseren op deze criteria en ter validatie voorleggen aan TNO.

Verlies fiscale faciliteiten?

De toetsing door TNO (voor het eerst mogelijk na de zomer van 2025) is niet vrijblijvend. Het is ongewenst dat cao-partijen hun RVU-regeling niet vóór 2026 in overeenstemming brengen met de TNO-eisen. Cao-partijen zijn hierop aanspreekbaar. Momenteel voldoen slechts enkele bestaande cao’s aan de vereiste objectieve afbakening, wat betekent dat er aanzienlijke inspanningen nodig zijn. De minister waarschuwt bovendien voor mogelijke wachttijden bij TNO vanwege het verwachte aantal validatieverzoeken.

Koppeling aan duurzame inzetbaarheid

Daarnaast wordt in de brief benadrukt dat de RVU-regeling gekoppeld moet worden aan concrete inspanningen voor duurzame inzetbaarheid van de doelgroep. Hoewel deze inspanningsverplichting niet direct gepaard gaat met een resultaatsverplichting of sanctie, wordt verwacht dat cao-partijen serieuze stappen zetten om bij te dragen aan een gezonde overgang naar het pensioen.

Conclusie

De brief en het toetsingskader van TNO markeren een verschuiving naar meer gerichte en onderbouwde toepassing van de RVU-drempelvrijstelling, met als doel de regeling effectiever en eerlijker te maken. Het vraagt echter om substantieel aanpassingswerk van cao-partijen en gebonden werkgevers om aan de nieuwe eisen te voldoen.

Handreiking RVU vanaf 2026

Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de Stichting van de Arbeid hebben op 20 mei 2025 een handreiking RVU gepubliceerd waarin vorenstaande (en meer) op een rij is gezet.

Vanzelfsprekend kunt u contact met ons opnemen als u meer over de RVU-drempelvrijstelling en het Toetsingskader wilt weten.

Meer informatie en contact
Jan-Olivier Kuijkhoven
partner